direct naar inhoud van 5.8 Externe veiligheid
Plan: Havenkwartier
Status: voorontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0150.D133-VO01

5.8 Externe veiligheid

Onder externe veiligheid verstaat men het beheersen van risico's die voortvloeien uit de opslag, productie, het gebruik en vervoer van gevaarlijke stoffen.


Inrichtingen met gevaarlijke stoffen
Op 27 oktober 2004 is het Besluit externe veiligheid inrichtingen in werking getreden. Dit besluit richt zich primair op inrichtingen als bedoeld in de Wet milieubeheer. Deze inrichtingen brengen risico's met zich mee voor de in de omgeving gelegen risicogevoelige objecten. Op 13-02-2009 is het gewijzigde Bevi in werking getreden. Deze wijzigingen betreffen een uitbreiding van de lijst met (beperkt) kwetsbare objecten en risicovolle inrichtingen. Ook is de nieuwe Wet ruimtelijke ordening in het Bevi doorgevoerd.


De risicobenadering kent twee begrippen om het risiconiveau voor activiteiten met gevaarlijke stoffen in relatie tot de omgeving, aan te geven. Er zijn normen opgesteld voor het plaatsgebonden risico (PR, locatiegericht) en het groepsrisico (GR, gericht op de grootte van een slachtoffergroep).


Plaatsgebonden risico
Het plaatsgebonden risico van een bepaalde activiteit is de kans dat een persoon die continu en onbeschermd op die plaats aanwezig is, komt te overlijden als gevolg van een ongeval met die activiteit. De 10-6 contour geldt hiervoor als risicomaat.


Groepsrisico
Het Groepsrisico is de cumulatieve kans per jaar dat ten minste 10, 100 of 1000 personen overlijden als rechtstreeks gevolg van hun aanwezigheid in het invloedsgebied van een inrichting en een ongewoon voorval binnen die inrichting, waarbij een gevaarlijke stof betrokken is. Het groepsrisico wordt weergegeven in een Fn-curve en vergeleken met de oriëntatiewaarde.


Gemeentelijk extern veiligheidsbeleid
Op 4 juli 2007 is door de Raad de 'Omgevingsvisie externe veiligheid' vastgesteld. In die nota is de ambitie vastgelegd voor het veiligheidsniveau dat moet worden nagestreefd per deelgebied in Deventer. Het plangebied behoort tot het ambitieniveau 'Ruimte voor ontwikkeling', nader aangeduid met Havenkwartier. Hiervoor gelden de volgende uitgangspunten:

  Overschrijding grenswaarde PR (10-6) voor kwetsbare objecten   Overschrijding richtwaarde PR (10-6) voor beperkt kwetsbare objecten   Overschrijding oriënterende waarde (OW) groepsrisico   Toename groepsrisico  
Ruimte voor ontwikkeling   Niet acceptabel   Nieuw: Niet acceptabel Bestaand: Niet wenselijk, indien mogelijk verbeteren   Acceptabel onder voorwaarden optimaal planontwerp   Acceptabel onder voorwaarden optimaal planontwerp  

Vervoersassen met gevaarlijke stoffen (weg, spoor en water)
Zoals bij inrichtingen het Bevi voorwaarden stelt aan de omgang met externe veiligheid, zo zijn bij vervoer van gevaarlijke stoffen deze voorwaarden opgenomen in de circulaire 'Risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen' (cRNVGS).


De cRNVGS is een uitwerking van de nota Risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen en bepaalt dat ruimtelijke plannen getoetst moeten worden aan de norm voor het plaatsgebonden risico en de oriëntatiewaarde van het groepsrisico. Tot op een afstand van 200 m vanaf een vervoersas met gevaarlijke stoffen, dient volgens de circulaire Vervoer gevaarlijke stoffen rekening gehouden te worden met de mogelijke risico's van een dergelijke vervoersas.


Het plangebied is niet gelegen binnen een zone van een transportroute gevaarlijke stoffen, een spoorlijn waarover gevaarlijke stoffen vervoerd worden of de IJssel.


Hogedrukaardgasbuisleidingen
Binnen het plangebied bevinden zich geen hogedrukaardgasbuisleidingen.


Bedrijven of installaties met gevaarlijke stoffen
Rondom het plangebied, op het bedrijventerrein Bergweide, bevinden zich bedrijven en installaties met gevaarlijke stoffen die onder de werkingssfeer van het Besluit externe veiligheid inrichtingen (BEVI) vallen.


Het plangebied ligt buiten de plaatsgebonden risicocontouren van de bedrijven. Voor het groepsrisico zijn Akzo Nobel en Descol kunststof chemie relevant, aangezien de 1% lethaliteitsgrens van deze bedrijven over een deel van het plangebied heen ligt.

Akzo Nobel
Uit eerste berekeningen is gebleken dat de toevoeging van (beperkt)kwetsbare functies nauwelijks van invloed is op het groepsrisico.


Omdat het plan Havenkwartier in het invloedsgebied ligt van Akzo, dient het groepsrisico in het kader van het bestemmingsplan op grond van het Bevi te worden verantwoord. Een goede ontsluiting en bereikbaarheid van het plangebied en vooral het Haveneiland zijn daarbij relevante aspecten. Nu is het goed bereikbaar zijn van het Haveneiland bij ontwikkeling in ieder geval nodig, bij voorkeur via twee aparte wegen. Dit kan via de bestaande Sint Olafstraat en via een nieuw aan te leggen ontsluiting (eventueel alleen te gebruiken als calamiteitendoorgang) aan de oostzijde van het Haveneiland. Als op deze wijze wordt voorzien in een goede ontsluiting van het Haveneiland, is een calamiteitenbrug niet nodig, ook niet vanwege de risico's bij Akzo Nobel. In het Bevi-advies Havenkwartier van 22 april 2009 van de regionale brandweer Bijlage 3 Rapportage RO Milieu bijlage advies regionale brandweer is aangegeven, dat het falen van de tank met fosfortrichloride (PCl3) het maatgevende scenario is. Er is een watersproeisysteem (waterscherm) aanwezig om het vrijkomen van PCl3 zoveel mogelijk te beperken. Wanneer het waterscherm zijn werk doet, zal de effectafstand 210 m zijn en zal een gaswolk het plangebied niet bereiken. Het plangebied ligt immers tussen de 350 en de 700 m vanaf de PCl3-tank. Wanneer het waterscherm faalt, is de effectafstand 1400 m (worst-case). Uit de risicoberekening blijkt, dat de kans daarop zeer laag is. Niettemin zijn in het Bevi-advies van 22 april 2009 van de regionale brandweer maatregelen geadviseerd. In het bestemmingsplan is hieraan invulling gegeven door het middelste haveneiland te voorzien van een tweede toegangsweg vanaf de Industrieweg aan de oostzijde.
Op basis van het voorontwerp bestemmingsplan wordt een exacte berekening uitgevoerd van de toename van het groepsrisico. Deze informatie zal aan het ontwerpbestemmingsplan worden toegevoegd.

Descol kunststof chemie
Uit de risicokaart van de provincie Overijssel blijkt dat de 1% lethaliteitsgrens van dit bedrijf over een deel van het gebied Sint Olafstraat heen ligt. Aangenomen kan worden dat het groepsrisico laag is en kan worden verantwoord bij toevoeging van nieuwe gevoelige functies. In dit bestemmingsplan worden nieuwe (beperkt) kwetsbare functies alleen toegestaan door middel van een wijzigingsbevoegdheid. In het kader van het wijzigingsplan zal het groepsrisico verantwoord moeten worden.

afbeelding "i_NL.IMRO.0150.D133-VO01_0019.png"