Artikel 36 Algemene afwijkingsregels
Met omgevingsvergunning kan worden afgeweken van
-
a. de gegeven maten, afmetingen en percentages tot niet meer dan 10% van die maten, afmetingen en percentages;
-
b. de bestemmingsregels in die zin dat het beloop of het profiel van wegen of de aansluiting van wegen onderling in geringe mate wordt aangepast, indien de verkeersveiligheid en/of -intensiteit daartoe aanleiding geven;
-
c. de bestemmingsregels in die zin dat bouwgrenzen worden overschreden, indien een meetverschil daartoe aanleiding geeft;
-
d. de bestemmingsregels in die zin dat trapopgangen en bergingen bij woningen mogen worden gerealiseerd waarbij:
-
1. de oppervlakte ten hoogste 6 m2 bedraagt;
-
2. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan:
- de in hoofdstuk 2 en 4 en bijlage 1 van de toelichting aangegeven cultuurhistorische, ruimtelijke en archeologische waarden van het beschermd stadsgezicht;
- de woonsituatie;
- de milieusituatie;
- de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken.
-
e. de bestemmingsregels in die zin dat ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte (m)' de bouwhoogte van gebouwen mag worden verhoogd door het bouwen van een kap waarbij:
-
1. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan:
- het straat- en bebouwingsbeeld;
- de in hoofdstuk 2 en 4 en bijlage 1 van de toelichting aangegeven cultuurhistorische, ruimtelijke en archeologische waarden van het beschermd stadsgezicht;
- de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken;
-
2. de in lid 29.2 opgenomen bouwregels in acht genomen worden.