direct naar inhoud van Artikel 18 Verkeer - Verblijfsgebied
Plan: Colmschate e.o.
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0150.D117-OH01

Artikel 18 Verkeer - Verblijfsgebied

18.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Verkeer - Verblijfsgebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. woonstraten;
  • b. verblijfsvoorzieningen, waaronder pleinen;
  • c. voet- en rijwielpaden;
  • d. kunstwerken
  • e. groenvoorzieningen;
  • f. speelvoorzieningen, waaronder begrepen (jeugd- en jongeren)ontmoetingsplaatsen;
  • g. parkeervoorzieningen;
  • h. nutsvoorzieningen, mits omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 18.3.1 is verleend;
  • i. watergangen en andere waterpartijen;
  • j. bruggen, duikers en faunapassages;
  • k. behoud van het bestaande tracé en profilering van de historische landwegen ter plaatse van de aanduiding 'karakteristiek';
  • l. voorzieningen ten behoeve van het openbaar vervoerstation ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - voorzieningen openbaar vervoerstation'.
18.2 Bouwregels
18.2.1 Algemeen

Op de tot 'Verkeer - Verblijfsgebied' bestemde gronden mogen uitsluitend worden gebouwd bouwwerken die ten dienste staan van deze bestemming.

18.2.2 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen geldt de volgende regel:

  • a. voor het bouwen van gebouwen ten behoeve van speelvoorzieningen gelden de volgende regels:
  • b. voor het bouwen van gebouwen ten behoeve van voorzieningen ten behoeve van het openbaar vervoerstation gelden de volgende regels:
    • 1. gebouwen ten behoeve van voorzieningen ten behoeve van het openbaar vervoerstation mogen uitsluitend worden gebouwd ter plaatse van aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - voorzieningen openbaar vervoerstation'
    • 2. de bouwhoogte mag niet meer dan 5 m bedragen;
    • 3. de totale gezamenlijke oppervlakte mag niet meer dan 600 m2 bedragen, met dien verstande dat bij deze oppervlakte ook overkappingen moeten worden gerekend.
18.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende
regels:

  • a. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van de geleiding, beveiliging en regeling van het verkeer en wegverlichting mag niet meer dan 8 m bedragen;
  • b. de bouwhoogte van ballenvangers mag niet meer dan 5 m bedragen;
  • c. de bouwhoogte van fietsenstallingen mag niet meer dan 5 m bedragen;
  • d. de bouwhoogte van overige gebouwen, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 4 m bedragen.
18.3 Afwijken van de bouwregels
18.3.1 Bevoegdheid

Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 18.2.2 onder a en worden toegestaan dat een ondergeschikt gebouw wordt gebouwd ten behoeve van een nutsvoorziening, mits:

18.3.2 Toepassingsvoorwaarden

De in het vorige lid genoemde omgevingsvergunning kan slechts worden verleend, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:

  • a. het straat- en bebouwingsbeeld;
  • b. de verkeersveiligheid;
  • c. de milieusituatie;
  • d. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
  • e. de parkeersituatie;
  • f. de sociale veiligheid.
18.4 Specifieke gebruiksregels
18.4.1 Strijdig gebruik

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:

  • a. een verkooppunt voor motorbrandstoffen.