Bedrijvenpark A1

6.3 Bijzondere bepalingen

Uitsluiting seksinrichtingen
In de algemene gebruiksbepaling in de regels is het gebruik ten behoeve van seksinrichtingen expliciet als strijdig gebruik aangemerkt. In het kader van het gemeentelijk beleid betreffende dergelijke inrichtingen wordt vestiging daarvan in het onderhavige gebied niet wenselijk geacht en daarom ook niet toegestaan.

Wijziging aanduiding veiligheidszone bevi
Rondom de in het plangebied geplande bevi's -inrichtingen met een externe-veiligheidsrisico- is op de plankaart de aanduiding "veiligheidszone bevi" opgenomen. Binnen deze aanduiding zijn geen gevoelige objecten toegestaan. Mocht de bevi-inrichting stoppen met zijn bedrijfsvoering of mocht door technische maatregelen het veiligheidsrisico kunnen worden verkleind, dan kan ook de veiligheidszone worden verkleind of opgeheven. In het bestemmingsplan is daarvoor de bepaling opgenomen dat burgemeester en wethouders bevoegd zijn om de aanduiding "veiligheidszone - bevi" te verkleinen of van de plankaart te verwijderen.

Wijzigingsbevoegdheden
Het plan bevat een wijzigingsbevoegdheid waarmee tijdens de looptijd van het plan, desgewenst grenzen tussen bestemmingen en grenzen van aanduidingen kunnen worden verschoven. Met deze wijzigingsmogelijkheid kan het plan ook in de toekomst op een goed controleerbare en doseerbare wijze flexibel worden gehouden.

Via specifieke wijzigingsbevoegdheden kunnen de Staat van Bedrijfsactiviteiten en de Bijlage Inrichtingen wet geluidhinder tijdens de looptijd van het plan actueel worden gehouden.

Procedurebepalingen
Ten aanzien van de, in de regels opgenomen ontheffingsbevoegdheden is bepaald dat daarop artikel 24 (Algemene procedureregels) van toepassing is. Deze procedureregels vloeien voort uit artikel 3.6 lid 5 Wro, waarin is bepaald dat belanghebbenden in de gelegenheid gesteld worden om hun zienswijzen omtrent een voorgenomen ontheffing naar voren te brengen. In artikel 3.6 lid 5 Wro is eveneens de procedure voor een wijziging vastgelegd.