Plan: | Bedrijvenpark A1, 1e partiële herziening |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0150.D124a-VG01 |
In het kader van de 1e partiële herziening heeft een in september 2011 door Oranjewoud een akoestisch onderzoek plaatsgevonden (zie Bijlage 6). Hierbij is gekeken naar wegverkeerslawaai en industrielawaai en de cumulatie van deze geluidsbronnen. De herziening is niet van invloed op het railverkeerslawaai. Daarnaast heeft in het kader van het bestemmingsplan een toetsing plaatsgevonden aan de grenswaarden uit de Wet geluidhinder. In deze paragraaf wordt volstaan met een samenvatting van de toets aan de Wet geluidhinder. Voor een uitgebreidere inkijk in de onderzoeksresultaten wordt verwezen naar het akoestisch onderzoek.
Als maat voor toetsing van de geluidsgevolgen van de nu beoogde wijzigingen hanteren we de geluidssituatie die volgt uit het vastgestelde bestemmingsplan d.d. 18 november 2009 als basis. Immers, de toetsing aan de Wet geluidhinder en de daaraan gekoppelde afweging en procedures hogere waarden zijn in het kader van de vaststelling van het bestemmingsplan reeds doorlopen.
Wegverkeerslawaai
De volgende situaties zijn beschouwd:
In de berekeningen is rekening gehouden met de verdubbeling van de Siemelinksweg.
Uit het onderzoek blijkt dat door de beoogde wijzigingen een aantal woningen doorschuift van een hogere naar een lagere geluidsklasse. Door de wijziging neemt de geluidsinvloed richting woonomgeving dus iets af. Tegelijk blijkt uit bijlage 4 van het onderzoek dat de geluidsbelasting vanwege verkeer op de ontsluitingswegen op het Bedrijvenpark A1 overal lager is dan de voorkeurgrenswaarde ingevolge de Wet geluidhinder. Gezien het bovenstaande kan worden gesteld dat vanwege de beoogde wijziging van het bestemmingsplan Bedrijvenpark A1 (1e partiële herziening), voor wat betreft wegverkeerslawaai geen sprake is van een negatief effect ten opzichte van het in 2009 vastgestelde bestemmingsplan.
Industrielawaai
Om de geluidsuitstraling van het Bedrijvenpark A1 als geheel inzichtelijk te maken, is gebruik gemaakt van het akoestisch rekenmodel dat in 2008 is opgesteld voor het vastgestelde bestemmingsplan Bedrijvenpark A1. Hierin is de methode van Inwaartse Milieuzonering (IMZ) gehanteerd. Daarbij wordt per categorie van bedrijven een minimale afstand tot de woonomgeving gehanteerd. Deze afstanden zijn gebaseerd op de VNG-publicatie Bedrijven en milieuzonering. Voor het Bedrijvenpark A1 geldt hierbij dat het bestemmingsplan bedrijven toelaat tot categorie 3.2.
Het rekenmodel uit 2008 is op de kavels waar een planwijziging wordt beoogd aangepast. Het gaat om de volgende aanpassingen:
Uit het onderzoek blijkt dat door de beoogde wijzigingen er geen relevante veranderingen optreden op het gebied van industrielawaai. Gezien het bovenstaande kan worden gesteld dat vanwege de beoogde wijziging van het bestemmingsplan Bedrijvenpark A1 (1e partiële herziening), voor wat betreft industrielawaai geen sprake is van een negatief effect ten opzichte van het in 2009 vastgestelde bestemmingsplan.
Cumulatie
Uit het onderzoek blijkt dat voor wat betreft de gecumuleerde geluidsbelasting er voor een aantal woningen sprake is van een verschuiving tussen geluidscategorieën. De verschillen zijn marginaal. Ook voor de cumulatie is geen sprake is van een negatief effect ten opzichte van het in 2009 vastgestelde bestemmingsplan.