Plan: | Buitengebied Deventer |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0150.D125-VG02 |
De bestaande infrastructuur in het plangebied is positief bestemd. Binnen de verkeersbestemming zijn onder meer ook de daarbij behorende gebouwen , andere bouwwerken en voorzieningen (zoals bushaltes) , fietspaden, bermen en bermsloten, carpoolplaatsen en parkeer- en groenvoorzieningen mogelijk. De spoorlijnen in het gebied hebben een aparte bestemming gekregen.
Onverharde wegen worden steeds zeldzamer in het agrarisch gebied. Een aantal zandwegen is de laatste decennia verhard. Daardoor is een deel van de cultuurhistorische waarde van het landschap verloren gegaan. Vanwege deze waarde en het belang voor de openluchtrecreatie is het van belang dat onverharde wegen in Salland behouden blijven. Deze zandwegen hebben in dit bestemmingsplan een specifieke bestemming gekregen (Verkeer-onverhard, V-O). Er is een wijzigingsbevoegdheid opgenomen om deze bestemming te kunnen wijzigen in de bestemming Verkeer.
Nieuwe wegen worden niet mogelijk gemaakt in het bestemmingsplan. Wel zijn nieuwe (recreatieve) voet-, fiets- en ruiterpaden mogelijk binnen de gebiedsbestemmingen. Aanleg van ruiterpaden, fiets- en/of wandelpaden (bijvoorbeeld het herstel van kerkpaden) dient mogelijk gemaakt te worden zonder uitgebreide planologische procedures. In sommige gevallen is voor de aanleg van verharde paden een omgevingsvergunning voor werken vereist (zie paragraaf 4.2.5).
In het plangebied liggen diverse gebouwen die worden gebuikt voor maatschappelijke activiteiten. Alle gebouwen die voor maatschappelijke activiteiten worden gebruikt hebben de bestemming 'Maatschappelijk' gekregen. In de planregels is vastgelegd dat de bestaande bebouwing niet mag worden uitgebreid. Van deze regel kan worden afgeweken voor uitbreiding tot maximaal 15%.
In het buitengebied van de gemeente komen diverse nutsvoorzieningen voor. Door het plangebied lopen onder meer een aardgastransportleiding en hoogspanningsleidingen. Deze zijn als bestaande leidingen op de verbeelding opgenomen.
De Gasunie is momenteel bezig met de uitbreiding van hoofdtransportleidingen. Deze komen in de gemeenten Raalte en Deventer naast de bestaande leidingen te lopen. Hiervoor is een afzonderlijk bestemmingsplantraject gestart.
Langs de aardgastransportleidingen zal op basis van de gegevens van de Gasunie rekening worden gehouden met de (externe) veiligheidszones aan de ene kant en met een belemmerende strook aan weerszijden van de leiding aan de andere kant. Deze bedraagt bij leidingen met een A-nr. 5 m en bij die met een N-nr. 4 m.
Het plangebied is niet geschikt voor het grootschalig opwekken van windenergie. De gemeente vindt het echter wel belangrijk, dat een ieder zijn bijdrage aan een meer duurzame omgeving kan leveren. Om die reden kunnen kleinschalige windturbines via een afwijkingsbevoegdheid worden toegelaten, met een maximale tiphoogte van 25 m en landschappelijk ingepast.
Bestaande militaire terreinen krijgen een op dat gebruik toegesneden bestemming. Militaire terreinen die niet meer als zodanig in gebruik zijn, worden bestemd conform het nieuwe voorgenomen gebruik. Voor zover bebouwing op militaire terreinen is gesitueerd, wordt deze in de vorm van een bouwvlak bestemd, waarbij de huidige oppervlakte aan bebouwing maatgevend is.
Naast militaire terreinen komen in het plangebied ook een militaire laagvliegroute voor. Deze kennen een hoogtebeperking. Binnen die gebieden mag niet hoger dan 40 m worden gebouwd. In het gehele plangebied mag sowieso niet tot een dergelijke hoogte worden gebouwd. Om die reden is het niet nodig hiervoor extra regels op te nemen.
Jurisprudentie geeft aan dat evenementen, behoudens een regeling in bijvoorbeeld de Algemene Plaatselijke Verordening, tevens mogelijk moeten zijn volgens het bestemmingsplan. In het bestemmingsplan moet dan ook expliciet worden opgenomen dat een evenement binnen een bepaalde bestemming past.
Ondanks dat de Algemene Plaatselijke Verordening middels een evenementenvergunning zorgt voor de gewenste regulering van evenementen, is een ruimtelijke afweging in het bestemmingsplan noodzakelijk. Op voorhand is echter niet vast te stellen binnen welke bestemmingen evenementen zullen plaatsvinden. Om die reden zijn in elke bestemming evenementen mogelijk gemaakt. Om mogelijke overlast te beperken, wordt het aantal evenementen per jaar gemaximeerd op 2. Het ligt echter in de verwachting dat evenementen vaker in de bestemmingen Sport en Landhuis worden georganiseerd. Om die reden wordt het aantal evenementen per jaar in die bestemmingen gemaximeerd op 5.
De gemeente vindt het behoud van cultuurhistorische waarden belangrijk. Dit geldt zowel voor de cultuurhistorische waarde van molens zelf, als van oude rechten op vrije windvang. De gemeente neemt daarvoor een molenbeschermingszone als gebiedsaanduiding op. Daarbij wordt een onderscheid gemaakt tussen bestaande en nieuwe situaties. Nieuwe ontwikkelingen worden getoetst aan de gebiedsaanduiding, waarmee vrije windvang in een drietal zones wordt geregeld. In de regeling wordt een afwijkingsbevoegdheid opgenomen om bepaalde situaties af te kunnen wegen. Zo kan op bepaalde plaatsen hoger worden gebouwd dan de zonering toestaat, terwijl het cultuurhistorisch belang en de windvang niet worden geschaad.