4.2.3 Wonen
Voor gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten behoeve van het wonen, geldt het volgende:
a Gestapeld
Ter plaatse van de aanduiding 'gestapeld' geldt het volgende:
-
a. hoofdgebouwen zijn uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak';
-
b. uitsluitend zijn gestapelde woningen toegestaan;
-
c. ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte (m)' mag de bouwhoogte niet meer bedragen dan is aangeduid;
-
d. het aantal wooneenheden mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden' is aangeduid;
-
e. aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen, zijn uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' en de aanduiding 'bijgebouwen', met dien verstande dat:
-
1. de goothoogte niet meer mag bedragen dan 3 m;
-
2. de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 4,5 m;
-
3. het bebouwingspercentage ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen' mag niet meer bedragen dan 50%.
b Aaneengebouwd
Ter plaatse van de aanduiding "aaneengebouwd" geldt het volgende:
-
a. hoofdgebouwen zijn uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak';
-
b. uitsluitend zijn aaneengebouwde woningen toegestaan;
-
c. de hoofdgebouwen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding-voorwaardelijke verplichting' mogen uitsluitend worden gebouwd indien uit de aanvraag om bouwvergunning blijkt dat de muur als bedoeld in 9.2.3onder b en 10.2.4 onder b worden gerealiseerd. De hoofdgebouwen mogen ook worden gebouwd indien uit de aanvraag om deze bouwvergunning blijkt dat in plaats van de geluidwerende muur een gevel van een woning wordt gerealiseerd;
-
d. het bebouwingspercentage mag per bouwperceel niet meer bedragen dan 60%;
-
e. ter plaatse van de aanduiding 'maximale goothoogte (m)' mag de goothoogte van gebouwen niet meer bedragen dan is aangeduid;
-
f. ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte (m)' mag de goot- en bouwhoogte niet meer bedragen dan is aangeduid;
-
g. ter plaatse van de aanduiding 'minimale-maximale bouwhoogte (m)' geldt het volgende:
-
1. de bouwhoogte mag niet minder en niet meer bedragen dan is aangeduid;
-
2. de minimale bouwhoogte als bedoeld onder 1, geldt uitsluitend voor de voorgevel van het gebouw;
-
h. ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden' mag het aantal woningen niet meer bedragen dan is aangeduid;
-
i. aanbouwen, uitbouwen en bijgebouwen en overkappingen mogen uitsluitend worden gesitueerd ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' en ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen', met dien verstande dat:
-
1. de goothoogte van aanbouwen, uitbouwen en aangebouwde bijgebouwen mag niet meer dan de hoogte van de vloer van de eerste verdieping van het hoofdgebouw, bedragen;
-
2. de bouwhoogte van aanbouwen, uitbouwen en aangebouwde bijgebouwen mag niet meer dan 4,5 m bedragen, met dien verstande dat deze ten minste 1,5 m is gelegen onder de bouwhoogte van het hoofdgebouw;
-
3. De gezamenlijke oppervlakte van aanbouwen , uitbouwen, bijgebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bij een hoofdgebouw mag niet meer dan 75 m2 bedragen;
-
4. de goothoogte van vrijstaande bijgebouwen mag niet meer dan 3 m bedragen;
-
5. de bouwhoogte van vrijstaande bijgebouwen mag niet meer dan 5 m bedragen;
-
6. de bouwhoogte van overkappingen mag niet meer dan 3 m bedragen;
-
j. in afwijking van het bepaalde onder i zijn aan- en uitbouwen in de vorm van erkers toegestaan, mits er voldaan wordt aan de volgende bepalingen:
-
1. de diepte bedraagt niet meer dan 0,5 m;
-
2. de goothoogte mag niet meer dan de hoogte van de vloer van de eerste verdieping van het hoofdgebouw, bedragen;
-
3. de oppervlakte bedraagt niet meer dan 2 m2;
-
4. de breedte mag niet meer dan 50% van de breedte van de voorgevel van het hoofdgebouw bedragen;
-
5. de afstand tot de openbare ruimte bedraagt niet minder dan 2,5 m.
c Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
De bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met uitzondering van overkappingen, mag niet meer dan 2 m bedragen, met dien verstande dat de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde buiten de gronden ter plaatse van de aanduidingen 'bouwvlak' en bijgebouwen' niet meer dan 1 m mag bedragen.
d Onderdoorgang
Ter plaatse van de aanduiding "onderdoorgang" dient een onderdoorgang in stand te worden gelaten met een breedte van minimaal 2,5 m en een bebouwingsvrije hoogte van tenminste 6 m.