5.7 Duurzaamheid
Gemeentelijk beleid
In het Milieubeleidsplan 2003-2008 staat een integrale benadering van milieu, ruimtelijke ordening, bouwen en wonen en verkeers- en vervoersbeleid centraal. Het plan is daarom gebaseerd op de drie pijlers van het gemeentelijke beleid, zoals vastgelegd in de Stadsvisie. Vanuit milieuperspectief zijn per pijler de volgende milieu-uitgangspunten opgesteld:
- ruimtelijke ontwikkeling en milieu: behoud van bestaande milieukwaliteiten, verantwoord gebruik van natuurlijke hulpbronnen;
- economische ontwikkeling en milieu: een duurzame ontwikkeling, betrokkenheid en verantwoordelijkheid van ondernemers staat centraal;
- maatschappelijke ontwikkeling en milieu: de betrokkenheid van de burger.
Ter voorbereiding op het nieuwe milieubeleid voor de periode 2009-2015 is de Visie Duurzaam Deventer in juni 2009 bestuurlijk vastgesteld. Deze visie bevat de kaders en beleidsrichtingen op hoofdlijnen voor het nieuwe milieuprogramma dat naar verwachting eind 2009 wordt vastgesteld. De maatschappelijke ontwikkelingen vragen om een nieuwe aanpak van het milieubeleid. En om daadwerkelijk bij te dragen aan de kwaliteit en toekomstbestendigheid van ons leefmilieu, zal Deventer zich ontwikkelen tot een vitale, duurzame en innovatieve gemeente.
Het vraagstuk rond de klimaatverandering en de eindigheid van de fossiele energievoorraad raakt ons allemaal. De gemeentelijke ambitie is dat Deventer in 2030 klimaatneutraal is. De belangrijkste consequenties voor de komende jaren zijn als volgt:
- Nieuwe woningbouwprojecten met meer dan 200 woningen worden vrijwel CO2neutraal gebouwd;
- Bestaande woningen zijn in 2018 50% energiezuiniger;
- Gemeentelijke gebouwen zijn in 2015 50% energiezuiniger;
- Openbare verlichting en openbaar vervoer wordt CO2 neutraal;
- Fietsverkeer wordt gefaciliteerd;
- Bedrijven streven naar een 4% hogere energie-efficiëntie per jaar.
Vanuit ecologisch perspectief profiteert de mens van de natuurlijk omgeving met al zijn variaties. Het behouden en verbeteren van deze omgeving is een ambitie van de gemeente, waarvoor verschillende ecologieprojecten zijn ontwikkeld voor de komende jaren. Zo worden ecologische waarden in nieuwe en gewijzigde bestemmingsplannen gerespecteerd en eventueel gecompenseerd.
Veel afval dat vrijkomt is eigenlijk geen afval, maar grondstof voor nieuwe producten. In het nieuwe milieubeleid worden voorstellen gedaan om de hoeveelheid restafval terug te brengen en hergebruik van afvalstromen te bevorderen. Van bedrijven en organisaties wordt verwacht dat zij de wijze van produceren, hun producten en diensten meer en meer baseren op het cradle-to-cradle principe. Voor zover van toepassing zullen ook gebiedsontwikkelingen volgens dit principe plaatsvinden.
Voor het plangebied heeft de gemeente middels een duurzaamheidsscan de kansrijke maatregelen in beeld laten brengen. Dit om te bepalen hoe kosteneffectief aan bovenstaande beleidambities kan worden voldaan.
Plangebied
De belangrijkste duurzaamheidsmaatregelen zijn in het beeldkwaliteitplan (d.d. 8 april 2010) verwoord.
In het stedenbouwkundig plan van Spijkvoorderenk zijn de bestaande houtwallen en het eikenbosje zoveel als mogelijk opgenomen. Daarnaast voorziet het stedenbouwkundig plan in het aanplanten veel nieuw groen in de vorm van bomen, hagen enzovoorts. Dit heeft een positieve uitwerking op de gebruiks- en belevingswaarde en het microklimaat voor mens en dier.
In verband met de waterhuishouding wordt het regenwater in de gehele wijk afgekoppeld en infiltreert in de bodem door middel van bijvoorbeeld waterpasserende bestrating en/of wadi’s. Begroeide daken die het regenwater vertraagd afvoeren zijn op hoofdvolumes, tenzij anders vermeld, omwille van het gewenste architectonische beeld niet wenselijk. verder wordt in het vervolgtraject onderzocht in hoeverre regenwater kan worden hergebruikt in de woningen om bijvoorbeeld het toilet mee door te spoelen, planten water te geven, enzovoorts door de aanleg van een ondergrondse watertank per woning.
Bij de aanleg van de openbare ruimte en de woningbouw zijn de toegepaste bouwmaterialen milieuvriendelijk (klasse 1, 2 of 3 van de NIBE Milieuclassificaties). Bij toepassing van een product uit een andere milieuklasse dient deze keuze gemotiveerd te worden. Bij gebruik van een niet in het Basiswerk opgenomen productgroep dient aangetoond te worden dat het desbetreffende product milieuvriendelijk is.
Om leefruimte voor dieren te creëren is het tevens wenselijk om tussen de woningen groene erfafscheidingen aan te brengen en begroeide gevels te stimuleren. Bovendien beschermen en isoleren gevelplanten, mits zorgvuldig gekozen, de gevels.
Spijkvoorderenk is een reeds lange tijd geleden ingezette ontwikkeling waarin wordt voortgebouwd op de structuurschets uit 1994. In deze schets is aan het plangebied van Ny Fetlaer het thema ‘wonen en zon’ meegegeven. Dit thema is aangegrepen om Ny Fetlaer een sterke eigen (architectonische) identiteit te geven.
DWA heeft een inventarisatie (nr. 9924ss202, d.d. 16 juli 2009) gedaan naar energiebesparende en duurzame mogelijkheden voor Spijkvoorderenk. De gemeente Deventer heeft er voor gekozen om de volgende mogelijkheden te benutten:
-
Mobiliteit: In het stedenbouwkundig plan is voorzien in een relatief fijnmazig netwerk van langzaam verkeerverbindingen, hiermee wordt aangesloten op het bestaande netwerk in de Vijfhoek. Dit netwerk is goed verknoopt met de verschillende voorzieningencentra in de Vijfhoek. In de verkaveling en het bestemmingsplan is voorzien in ruimte voor bergingen bij de woningen.
Openbaar vervoer is aanwezig op de Leonard Springerlaan. Het stedenbouwkundig plan sluit hierop goed aan door juist de hogere dichtheden dichter bij busroute te situeren.
Het woongebied zal als 30 km gebied worden ingericht. Doorgaand verkeer door de wijk wordt ontmoedigd, de Leonard Springerlaan heeft een functie als doorgaande route. Dit aspect is derhalve op een goede wijze in het bestemmingsplan geborgen;
-
Straatverlichting: Energiezuinige verlichting is in principe inpasbaar, in het inrichtingsplan is de plaats van de en de soort verlichting uitgewerkt
-
Riolering en waterzuivering: Door afkoppelen kan de hoeveelheid afvalwater beperkt worden, middels oppervlakkige infiltratie of ondergronds infiltratie (bijvoorbeeld IT-riool). Hierdoor wordt energie bespaard op de waterzuivering. In het stedenbouwkundige plan en het inrichtingsplan is voorzien in het afkoppelen van regenwater op daken en verhardingen. Infiltratie vindt plaats via wadi's, infiltratiekratten en infiltratieriolen;
-
Compact bouwen: De doelstelling van compact bouwen is om voor een bepaalde hoeveelheid nuttige leefruimte zo weinig mogelijk verliesoppervlak (vloer, buitengevel en dakvlakken) te maken. In een gedeelte van Spijkvoorderenk (appartementen, de ring en de rijen in Ny Fetlaer) wordt dit principe toegepast. In andere delen is het echter niet gewenst dit principe toe te passen. In Spijkvoorderhout is (op structuurschets niveau) al de ambitie voor wonen in een lage dichtheid in vrijstaande volumes geformuleerd. Daarnaast is in Ny Fetlaer het uitgangspunt gehanteerd op om de dichtheid in de richting van de Oerdijk “af te bouwen”, onder meer door vrijstaande en twee onder een kapwoningen te situeren. Hiermee wordt aangesloten bij de reeds gerealiseerde delen van 't Fetlaer. Het principe van compact bouwen wordt derhalve deels toegepast, voor zover passend binnen het ruimtelijk concept (onder meer vastgelegd in de structuurschets);
-
Passieve zonne-energie: Zoveel mogelijk zonne-energie opvangen voor het verwarmen van de woningen, door noord-zuid verkaveling (achtertuinen zoveel mogelijk op het zuiden georiënteerd). Dit principe wordt gedeeltelijk toegepast. In Spijkvoorderenk is er voor gekozen om met een deel van de verkavelingsstructuur aan te sluiten op de het bestaande woongebied 't Fetlaer. In Spijkvoorderhout (met het villabuurt karakter) zijn diepe kavels gerealiseerd waardoor een zongeorienteerde woning bijna altijd gerealiseerd kan worden. Het principe van een vrijwel volledig zongerichte verkaveling ten behoeve van passieve zonne-energie is alleen mogelijk als er een andere stedenbouwkundige opzet voor met name Ny-Fetlaer wordt gekozen. In ruimtelijk opzicht is hiertoe echter geen aanleiding vanwege de sterke relatie met het bestaande Fetlaer. Ongeveer 60% van de woningen in Ny Fetlaer is zongericht verkaveld (oriëntatie op de zon). Deze woningen kunnen passief de energie van de zon benutten door middel van grote glaspartijen, serres en dergelijke aan de zonzijde in combinatie met betrekkelijk gesloten gevels op het noorden;
-
Gesloten bodemopslagsysteem: Op woningniveau werken met warmte- en koudeopslag (in de bodem). Dit principe is toepasbaar binnen de huidige plankaders van stedenbouwkundig plan, bestemmingsplan en beeldkwaliteitplan;
-
Actieve zonne-energie: Het toepassen van PV-panelen en/of zonneboilers op het dak van woningen. Voor een groot deel van de dakvlakken in Ny Fetlaer wordt in het beeldkwaliteitplan vastgelegd wat de dakhelling en nokrichting moet zijn. Bij het vastleggen hiervan wordt de toepasbaarheid voor PV-panelen en/of zonneboilers nadrukkelijk betrokken. Ongeveer 40% van de woningen in Ny Fetlaer met een minder gunstige ligging ten opzichte van de zon, wordt zongericht gebouwd. Deze woningen kunnen met behulp van zonnepanelen op het dak actief energie opwekken uit zonlicht. Vanaf een dakhelling van 20 graden zijn de condities voor het opwekken van energie uit zonlicht gunstig. Bovendien blijft de bouwmassa bij deze dakhelling beperkt en blijft het gewenste ontspannen bebouwingsbeeld intact
In Spijkvoorderhout wordt er vanwege het beoogde informele en gevarieerde villakarakter van de buurt voor gekozen diverse nokrichtingen en ook relatief steile dakhellingen toe te passen. Het creëren van zo veel mogelijk zongeoriënteerde is in Spijkvoorderhout geen leidend principe.
Actieve zonne-energie is derhalve deels toepasbaar, in ieder geval in het grootste deel van Ny Fetlaer, en afhankelijk van de toegepaste nokrichting en dakhelling ook deels in Spijkvoorderhout.