Plan: | Bussinksweg 2a |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0150.P249-OH01 |
Aanleiding
Bij de gemeente Deventer is op 3 maart 2009 een aanvraag herziening bestemmingsplan binnengekomen voor de uitbreiding van het landbouwmechanisatiebedrijf op het perceel Bussinksweg 2a te Bathmen, kadastraal bekend gemeente Bathmen, sectie E, nummer 331. Op dit perceel bevinden zich diverse agrarische bedrijfsgebouwen behorende bij het landbouwmechanisatiebedrijf 'Van der Mey'. De huidige eigenaar is voornemens het bouwvlak te vergroten ten behoeve van de bouw van een nieuwe berging voor het verkopen en verhuren van landbouwmachines.
Plangebied
Het perceel Bussinksweg 2a is gelegen aan de Bussinksweg tussen Holten en Bathmen in. Het perceel bevindt zich circa 3,5 km ten noordoosten van het dorp Bathmen. De globale ligging van het plangebied is aangegeven in onderstaande figuur (zie rode begrenzing).
Globale ligging plangebied "Bussinksweg 2a"
Planologisch regime
Voor het bovengenoemde perceel geldt momenteel het bestemmingsplan Buitengebied 1994 (vastgesteld op 20 oktober 1994 en goedgekeurd op 26 april 1995).
Het beoogde plan is in strijd met dit vigerende bestemmingsplan. Het perceel heeft op basis van dit bestemmingsplan de bestemming 'agrarisch gebied met landschapswaarden' met de aanduiding 'agrarisch hulpbedrijf toegestaan'. De gronden met deze bestemming zijn bestemd voor agrarische bedrijvigheid, voor het instandhouden van de aldaar voorkomende dan wel daaraan eigen landschappelijke waarden, waaronder hier zijn begrepen geomorfologische, bodemkundige, landschapsvisuele en cultuurhistorische waarden en ruimte binnen elk bouwperceel voor ten hoogste 10 en gedurende zes weken in elk kalenderjaar ten hoogste 15 mobiele kampeermiddelen. Het inrichtingsplan is in strijd met deze bestemmingsbepaling, omdat het bouwvlak uitgebreid wordt.
Het voorliggende bestemmingsplan beoogt de uitbreiding van het bouwvlak ten behoeve van de bouw van een nieuwe berging voor machines juridisch-planologisch mogelijk te maken.
Leeswijzer
Het eerstvolgende hoofdstuk geeft een planbeschrijving, de uitgangssituatie op de locatie en het voorgenomen inrichtingsplan. In hoofdstuk 3 volgt de ruimtelijke onderbouwing. In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de voor het plan geldende beleidskaders, de landschappelijke inpassing van de ontwikkeling en de zogeheten randvoorwaarden, zoals archeologie, water en milieuhygiënische aspecten. Op basis van deze aspecten wordt in dit hoofdstuk onderbouwd waarom de voorgenomen ontwikkeling acceptabel is. Vervolgens worden in hoofdstuk 4 de planopzet en juridische aspecten nader toegelicht. Hoofdstuk 5 gaat ten slotte in op de economische en maatschappelijke uitvoerbaarheid van het plan.