direct naar inhoud van Artikel 16 Sport
Plan: Lettele 2009
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0150.D113a-OH01

Artikel 16 Sport

16.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Sport' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. sportvoorzieningen;
  • b. kinderopvang, uitsluitend conform het bepaalde in artikel 16.3.1 onder a;
  • c. medische en/of therapeutische praktijken, uitsluitend conform het bepaalde in artikel 16.3.1 onder b;

met de daarbij behorende

  • d. groenvoorzieningen in de vorm van tuinen, erven, plantsoenen, groenstroken;
  • e. verkeersvoorzieningen in de vorm van wegen, voet- en rijwielpaden, inritten, parkeer- en ontsluitingsvoorzieningen;
  • f. overige voorzieningen.
16.2 Bouwregels
16.2.1 Algemeen
  • a. op de tot 'Sport' bestemde gronden mogen uitsluitend worden gebouwd bouwwerken die ten dienste staan van deze bestemming;
16.2.2 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. gebouwen mogen uitsluitend binnen de aanduiding 'bouwvlak' worden gebouwd;
  • b. in afwijking van het bepaalde in lid 15.2.2 sub a mogen gebouwen buiten het bouwvlak worden opgericht met een gezamenlijk oppervlak van maximaal 50 m2, een goothoogte van maximaal 3 meter en een bouwhoogte van maximaal 5 meter;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte (m)' mag de bouwhoogte van gebouwen niet meer bedragen dan is aangeduid;
16.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van lichtmasten mag niet meer dan 20 m bedragen;
  • b. de hoogte van ballenvangers mag niet meer dan 5 meter bedragen;
  • c. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 2,5 m bedragen.
16.3 Afwijken van de gebruiksregels
16.3.1 Bevoegdheid

Bij een omgevingsvergunning kan afgeweken worden van het bepaalde in:

  • a. artikel 16.1 onder b en toestaan dat gronden worden gebruikt ten behoeve van kinderopvang;
  • b. artikel 16.1 onder c en toestaan dat gronden worden gebruikt ten behoeve van medische en/of therapeutische praktijken.
16.3.2 Toepassingsvoorwaarden

De in het vorige artikel genoemde omgevingsvergunningen kunnen slechts worden verleend, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:

  • a. het straat- en bebouwingsbeeld;
  • b. de woonsituatie;
  • c. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
  • d. de parkeersituatie.