direct naar inhoud van 7.3 Resultaten inspraak
Plan: Lettele 2009
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0150.D113a-OH01

7.3 Resultaten inspraak

Het college van burgemeester en wethouders heeft op 16 februari 2010 het voorontwerpbestemmingsplan Lettele 2009 vastgesteld.

Op grond van artikel 2 van de gemeentelijke Inspraakverordening heeft het voorontwerp bestemmingsplan 'Lettele 2009' van 11 maart tot en met 21 april 2010 voor een ieder ter inzage gelegen bij Publiekszaken, Leeuwenbrug 81 te Deventer, in de Openbare Bibliotheek, Brink 70 te Deventer en bij het gemeentelijk servicepunt in de Firma Roessink, Bathmenseweg 22 te Lettele. Op 24 maart 2010 heeft een inloopavond plaatsgevonden.

Tegen het plan zijn 6 inspraakreacties ingediend.

Op grond van artikel 5 van de Inspraakverordening moet ter afronding van een inspraak een eindverslag gemaakt worden. Dit eindverslag bevat in elk geval:

  • een overzicht van de gevolgde inspraakprocedure;
  • een weergave van de inspraakreacties die tijdens de inspraak mondeling of schriftelijk naar voren zijn gebracht;
  • een reactie op deze inspraakreacties, waarbij met redenen omkleed wordt aangegeven op welke punten al dan niet tot aanpassing van het bestemmingsplan wordt overgegaan.

7.3.1 Inspreker 1

Samenvatting:

Het perceel van inspreker heeft aan de noordkant de bestemming 'Tuin'. Volgens het bestemmingsplan mogen hierop geen gebouwen worden opgericht. De wens van inspreker is om dit stukje tuin te betrekken bij het woonperceel om hier in de toekomst een garage of carport op te kunnen bouwen (uitbreiden). Op een deel van het perceel is reeds een garage gebouwd.

Beantwoording:

Ten noorden van het perceel is op een afstand van 7,5 meter een woning gelegen. Deze woning kijkt uit op de woning van inspreker en het betreffende perceel. Indien op het nu nog onbebouwde deel van het perceel de mogelijkheid wordt geboden om een bijgebouw op te richten, dan kan er een muur ontstaan van 15 meter. Dit beeld is voor de dorpse omgeving niet wenselijk en zeker niet voor het uitzicht van de woning aan Korenkamp 26.

In het gemeentelijk archief is geen vergunning gevonden voor het op het perceel bestaande bijgebouw. Omdat het in principe niet wenselijk is om dit perceel te bebouwen blijft de bestemming 'Tuin' op het perceel behouden.

Conclusie:

De inspraakreactie geeft geen aanleiding tot het aanpassen van het bestemmingsplan. Het perceel zal de bestemming 'Tuin' behouden.

7.3.2 Inspreker 2

Samenvatting:

De woning van inspreker grenst aan een grasveldje dat in het bestemmingsplan de bestemming 'Wonen' heeft (kadastraal bekend Gemeente Diepenveen sectie E, nr. 03413). Het perceel heeft een oppervlakte van 195 m2. Op het perceel is geen bouwvlak gelegen.

Inspreker zou graag de mogelijkheden willen weten om dit perceel bij hun perceel te betrekken (kopen of huren) en in te richten als tuin.

Beantwoording:

Het perceel is in eigendom van de gemeente. In principe verkoopt de gemeente geen grond. Het beleid van de gemeente inzake het in gebruik nemen van gemeentelijke grond door particulieren is als volgt. Als een particulier grond wil hebben dat in bezit is van de gemeente, wordt er, indien de grond zich leent voor de gewenste functie, een gebruikersovereenkomst afgesloten. Hiervoor betaalt de eigenaar van de woning eenmalig een bedrag. Hij/zij mag de grond gebruiken zolang hij/zij eigenaar van de woning is. Als hij/zij verhuist wordt de overeenkomst weer ingetrokken (nieuwe bewoners kunnen er uiteraard ook weer een aanvragen). Daarnaast is het zo dat er op grond waar men een gebruikersovereenkomst voor heeft gesloten, niets gebouwd mag worden. Dus geen schuurtjes, schuttingen en andere bouwwerken. Dit omdat de overeenkomst van tijdelijke aard is.

Niet alle stukken grond komen in aanmerking voor een gebruikersovereenkomst. De gemeente hanteert de volgende regels:

  • a. Alleen woongroen komt in aanmerking om uitgegeven te worden, dit zijn stroken openbaar groen die veelal tussen de woningen zijn aangelegd ter afscheiding en voorkoming van inkijk;
  • b. Het groen moet aan de tuin van de aanvrager grenzen, het dient de bestemming openbaar groen te hebben en mag daarnaast geen openbare gebruiksfunctie bezitten. (wandelpad, speelplek e.d.);
  • c. Het uitgeven van groen gaat onder andere in overleg met de wijkenbeheerder.

Het perceel waar inspreker op doelt komt in principe niet in aanmerking voor een overeenkomst omdat het een openbare functie heeft, ook al is het dan redelijk in verval geraakt.

Het is wel mogelijk een aanvraag in te dienen via de link op de website van de gemeente http://www.deventer.nl/loket/product-en-dienstencatalogus/grond-verzoek-om-te-gebruiken. Of de aanvraag toegekend zal worden is afhankelijk van het gewenste gebruik.

Omdat duidelijk is dat het perceel niet in aanmerking komt voor bebouwing, is de bestemming 'Wonen' die er nu aan gegeven is, niet de juiste bestemming. Indien een gebruikersovereenkomst gesloten wordt, blijft dit een tijdelijke overeenkomst. Het bestemmingsplan geldt voor een periode van tien jaar. Daarom is besloten het perceel te bestemmen als 'Groen'.

Conclusie:

Op de verbeelding bij het bestemmingsplan wordt het betreffende perceel bestemd als 'Groen' in plaats van 'Wonen'.

7.3.3 Inspreker 3

Samenvatting:

In het bestaande bestemmingsplan Lettele staat een uitbreidingsvlak aangegeven op het perceel Bathmenseweg 18. Deze uitbreidingsmogelijkheid is in het voorontwerpbestemmingsplan niet opgenomen. Inspreker verzoekt om dit alsnog in het voorontwerpbestemmingsplan op te nemen.

Beantwoording:

In het bestemmingsplan Lettele uit 1997 is op het perceel Bathmenseweg 18 op de plankaart een aanduiding 'uitbreidingsvlak Do' opgenomen. In de voorschriften is voor dit uitbreidingsvlak geregeld dat burgemeester en wethouders het bestemmingsplan kunnen wijzigen en toestaan dat het bouwvlak met de aanduiding CR (café-restaurant) wordt uitgebreid binnen het op de plankaart aangegeven uitbreidingsvlak Do, met dien verstande dat er geen onevenredige aantasting mag plaatsvinden van de milieusituatie, de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, de verkeersveiligheid en er mag geen hogere parkeerdruk ontstaan op het openbaar gebied.

Omdat deze wijzigingsbevoegdheid reeds in het vigerende bestemmingsplan is opgenomen, wordt dit ook in het nieuwe bestemmingsplan Lettele overgenomen.

Tevens wordt het bouwvlak ook op een ander punt enigszins aangepast. Het perceel Bathmenseweg 18 heeft een bestaand bouwvlak, op het perceel ten oosten hiervan is in het bestemmingsplan 'Uitbreiding woningbouw Lettele' een tweede bouwvlak opgenomen, ten behoeve van de uitbreiding van de horecagelegenheid. In het nieuwe bestemmingsplan Lettele sluiten deze bouwvlakken niet op elkaar aan. Omdat te voorzien is dat de uitbreiding in verbinding zou komen te staan met het bestaande gebouw, is besloten de twee bouwvlakken met elkaar te verbinden. Aan deze verbinding is een maximale hoogte toegekend van 4 meter.

Conclusie:

In het ontwerpbestemmingsplan zal de wijzigingsbevoegdheid uit het bestemmingsplan Lettele uit 1997 overgenomen worden. Tevens worden de twee bouwvlakken met elkaar verbonden.

7.3.4 Inspreker 4

Samenvatting:

De Spil heeft het plan om zich te ontwikkelen tot een multifunctioneel gemeenschapshuis (Kulturhus). Dit initiatief wordt gedragen door diverse belanghebbenden en wordt ondersteund door de Wijkaanpak. Om deze wens te kunnen realiseren is er behoefte aan een grotere sportzaal. Deze zaal zal deels buiten het in het voorontwerp opgenomen bouwvlak komen te liggen. Ook de hoogte van 8 meter is te beperkt voor de uitbreiding van de sportzaal. Inspreker verzoekt het bouwvlak aan te passen zodat de toekomstige uitbreiding past binnen het bestemmingsplan.

Ten slotte vraagt inspreker zich af of de geurzone van het nabij liggende agrarische bedrijf problemen kan veroorzaken voor de uitbreiding van de sportzaal.

Beantwoording:

Stedenbouwkundig bestaat er geen bezwaar tegen de uitbreiding van de sporthal. Ook tegen het mogelijk maken van een hoogte van 9 meter in plaats van 8 meter bestaat stedenbouwkundig geen bezwaar. Voor het dorp is het ook maatschappelijk van belang dat de Spil voldoende uitbreidingsmogelijkheden heeft.

De geurzone van het agrarisch bedrijf vormt alleen een belemmering voor geurgevoelige objecten. De sportzaal is geen geurgevoelig object. De geurzone van het nabij gelegen agrarisch bedrijf vormt dan ook geen belemmering voor de uitbreiding van de sporthal. Het bouwvlak is dan ook in westelijke richting uitgebreid.

Conclusie:

Stedenbouwkundig is er geen bezwaar tegen de uitbreiding van de sporthal. Vanuit milieuoogpunt kunnen er geen geurgevoelige objecten worden gerealiseerd binnen de geurzone. Een sportzaal is geen geurgevoelig object. Het bestemmingsplan zal op deze punten worden aangepast.

7.3.5 Inspreker 5

Samenvatting:

  • a. In het voorontwerpbestemmingsplan is een geurzone van 100 meter opgenomen vanuit het agrarisch bedrijf aan Oerdijk 142. De bestemming van het agrarisch bedrijf is echter gewijzigd. De bebouwing van het agrarisch bedrijf is meer dan 100 meter verwijderd van de Schotwillemsweg. De geurzone zoals deze nu is opgenomen vormt een belemmering voor de woningbouw aan de oostzijde van de Schotwillemsweg.
  • b. Om het aanzicht van Lettele te verbeteren verzoeken insprekers de bestemming van Schotwillemsweg 1 en 3 (kadastraal bekend 3604 t/m 3607) te wijzigen naar 'Wonen'. Hierbij zouden de percelen vrij in te delen moeten zijn in naar grootte en aantal bouwkavels, een en ander afhankelijk van de specifieke vraag.
  • c. In artikel 17 en 18 zijn langzaam verkeersvoorzieningen opgenomen. Aan de Schotwillemsweg wordt hier echter geen invulling aan gegeven. De huidige situatie voorziet niet in dergelijke voorzieningen.
  • d. In de toelichting is in 5.2.3.1 voor het perceel Schotwillemsweg 5 aangegeven dat er een bovengrondse tank/opslag petroleum aanwezig zou zijn. Deze tank is feitelijk niet aanwezig.
  • e. In de toelichting is in 5.2.3.2 voor het perceel Schotwillemsweg 5 aangegeven dat onder de woning verontreiniging aanwezig zou zijn. Dit is niet het geval.
  • f. De rooilijn aan de zuidzijde van Schotwillemsweg 5 zou op 5 meter afstand van de weg gelegd moeten worden, zoals ook bij de overige percelen aan de Schotwillemsweg is gebeurd.

Beantwoording:

  • a. Het bedrijf aan de Oerdijk 142 is tot op heden nog altijd aan te merken als een agrarisch bedrijf. Het bedrijf betreft weliswaar een zorgboerderij, maar omdat er diverse paarden en koeien aanwezig zijn, zal het perceel zijn agrarische bestemming behouden en geldt de standaardregel van geurafstanden, zoals deze gelden voor melkrundveehouderijen. Deze standaardregel is dat vanaf de grens van het bouwvlak een afstand van 100 meter in acht moet worden gehouden waarbinnen geen geurgevoelige objecten opgericht mogen worden (omgekeerde werking).
    In het bestemmingsplan 'Bedrijventerrein Lettele' is een afstand van 50 meter gehanteerd. Gebleken is dat deze afstand niet gehanteerd had mogen worden. Ook ten tijde van de vaststelling van het bestemmingsplan 'Bedrijventerrein Lettele' had de afstand van 100 meter gehanteerd moeten worden. Aangezien de huidige woning Schotswillemsweg 5 al binnen de een afstand van 100 vanaf het bouwblok is gelegen, is deze bepalend voor de mogelijkheden van het agrarisch bedrijf. Ontwikkelingen binnen de geurzone van 100 meter, maar op een grotere afstand dan de woning Schotwillemsweg 5 zullen niet extra belemmerend zijn voor het agrarisch bedrijf. Voor het deel van het bedrijventerrein dat dichterbij het agrarisch bedrijf is gelegen dan de woning Schotswillemsweg 5 geldt wel dat het oprichten van geurgevoelige objecten niet is toegestaan. In de planregels zijn voor dit gebied dan ook specifieke regels opgenomen. Tevens zijn diverse afwijkingsbepalingen opgenomen waarmee de mogelijkheid geboden wordt om met een eenvoudig besluit van het bevoegd gezag toch 2 nieuwe bedrijfswoningen langs de Schotwillemsweg te realiseren. Deze afwijkingsbepalingen kunnen toegepast worden op het moment dat de geurzone verdwijnt doordat het agrarisch bedrijf stopt of de milieuwetgeving wordt aangepast.
  • b. In het bestemmingsplan Bedrijventerrein Lettele is het gebied aangewezen als woon-werklocatie. In overige delen van Lettele zijn nog diverse kavels aanwezig waar nieuwe woningen opgericht kunnen worden (in de zuidoosthoek van de Oerdijk/Bathmenseweg). Ook ligt er ten noorden van de begraafplaats nog een groot gebied waar in de toekomst woningbouw mogelijk gemaakt kan worden. Voor de komende jaren wordt met deze locaties voldoende voorzien in de woningbouwbehoefte.
    Om meer flexibiliteit in te brengen in de locatie van de op te richten bedrijfswoningen is de locatie waar de bedrijfswoningen geplaatst kunnen worden, vergroot. Dit is aangepast op de verbeelding.
  • c. De als 'Verkeer' en 'Verkeer – Verblijfsgebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor divers gebruik. Dat wil niet zeggen dat de gronden in werkelijkheid ook als zodanig worden gebruikt. Op het moment dat er behoefte is aan bepaald gebruik of aan een bepaalde inrichting van een verkeersgebied dan vormt het bestemmingsplan hierin geen belemmering. Voor de Schotwillemsweg bestaan overigens geen concrete plannen voor (her)inrichting van het bestaande straatprofiel.
  • d. Het historisch bodembestand van de gemeente geeft aan dat op de locatie Schotwillemsweg 5 een ondergrondse tank heeft gelegen. De vermelding is afkomstig uit het tankarchief ofwel milieuvergunningenbestand MPM. Uit nadere controle in MPM blijkt dat het gaat om een bovengrondse petroleumtank met een inhoud van 200 liter. Het kan zijn dat de tank/opslag niet meer aanwezig is. De locatie waar de tank heeft gestaan blijft verdacht voor de aanwezigheid van een bodemverontreiniging. In MPM is aangegeven dat de opslag achter de garage tegen de muur is bevestigd.
    Aangezien inspreker aangeeft dat deze tank niet meer aanwezig is, zal dit in het bestemmingsplan vermeld worden. 
  • e. De sanering Schotwillemsweg betreft de sanering ter plaatse van het voormalige tankstation op de locatie Schotwillemsweg 3. Uit het evaluatierapport is gebleken dat op deze locatie nog een restverontreiniging is achtergebleven met een omvang van 1 m3. Het heeft geen betrekking op Schotwillemsweg 5. Dit zal in het bestemmingsplan verduidelijkt worden.
  • f. De systematiek die wordt gehanteerd is dat de grens van het bouwvlak tegen de voorgevel van de woning is gelegd. Dit wordt gedaan om te voorkomen dat er voor de voorgevel van de woningen bijgebouwen bij de woning of bedrijfsgebouwen worden opgericht.
    Op het perceel Schotwillemsweg 5 is echter stedenbouwkundig geen bezwaar tegen het verplaatsen van de grens van het bouwvlak naar voren. Hiermee zou aan de woning desgewenst een serre of andere uitbouw mogelijk gemaakt kunnen worden. Aan de voorzijde van het perceel ligt echter een perceel dat in eigendom is van de gemeente. Op deze grond kan de eigenaar van Schotwillemsweg 5 geen gebouwen oprichten, besloten is om de grens van het bouwvlak parallel aan de weg te leggen, waarbij de grens van de gemeentelijke kavel gehanteerd wordt als uitgangspunt.

Conclusie:

Naar aanleiding van de inspraakreactie wordt het bestemmingsplan op de volgende punten aangepast. De gebiedsaanduidingen waarbinnen de nog op te richten bedrijfswoningen aan Schotwillemsweg kunnen worden opgericht, zijn verruimd. De grens van het bouwvlak aan de voorzijde van Schotwillemsweg 5 is verplaatst in zuidelijke richting en ligt nu op een afstand van 4 meter vanaf de voorgevel.

In de toelichting zal worden vermeld dat de petroleumtank niet meer aanwezig is en dat de restverontreiniging zich ter plaatse van Schotwillemsweg 3 bevindt.

7.3.6 Inspreker 6

Samenvatting:

Naast het trainingsveld van de Voetbalvereniging Lettele staat al sinds circa 30 jaar een gebouw dat gebruikt wordt voor de opslag van materiaal ten behoeve van de vereniging.

Het gebouw is niet in het voorontwerp bestemmingsplan Lettele opgenomen. Het staat niet op de plankaart en in de regels is het niet toegestaan om gebouwen op te richten buiten het bouwvlak.

Als het gebouw in de toekomst vernieuwd moet worden, ontstaat er een probleem.

Inspreker verzoekt om het gebouw op te nemen in het bestemmingsplan, zodat er met toekomstige ver- of nieuwbouw geen problemen ontstaan.

Beantwoording:

Het gebouw voor de opslag van materiaal is stedenbouwkundig geen ongewenst gebouw. Dergelijke bebouwing, maar ook bijvoorbeeld dug-outs moeten mogelijk zijn buiten het bouwvlak. Om dit te kunnen realiseren is besloten geen bouwvlak op te nemen op de verbeelding, maar om in de regels mogelijk te maken dat buiten het bouwvlak gebouwen opgericht mogen worden tot een gezamenlijke oppervlakte van maximaal 50m2. Er mogen dus meerdere gebouwen opgericht worden, mits de oppervlakte in totaal maar niet meer bedraagt dan 50m2. De goot- en bouwhoogte van gebouwen buiten het bouwvlak mogen maximaal 3 en 5 meter zijn. Hierbij wordt aangesloten op de regeling behorende bij vrijstaande bijgebouwen bij woningen.

Conclusie:

Het bestemmingsplan wordt naar aanleiding van de inspraakreactie aangepast. In de regels worden bijgebouwen buiten het bouwvlak tot een maximale oppervlakte van 50 m2 mogelijk gemaakt, met een maximale goot- en bouwhoogte van 3 en 5 meter.