direct naar inhoud van 7.4 Resultaten vooroverleg
Plan: Loo 2009
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0150.D113c-OH01

7.4 Resultaten vooroverleg

Op grond van artikel 3.1.1 van het Besluit ruimtelijke ordening dient de gemeente bij de voorbereiding van een bestemmingsplan overleg te plegen met betrokken Waterschappen en diensten van Rijk en provincie die betrokken zijn bij de zorg voor de ruimtelijke ordening of belast zijn met de behartiging van belangen die in het plan in het geding zijn.

Naast het wettelijk verplichte vooroverleg is het voorontwerpbestemmingsplan ook naar overige instanties gestuurd die een belang kunnen hebben in of bij het nieuwe bestemmingsplan.

De volgende instanties zijn in het kader van het vooroverleg benaderd om een reactie te geven op het voorontwerp bestemmingsplan.

  • a. Provinciale ambtelijke organisatie Overijssel
  • b. VROM inspectie Oost
  • c. N.V. Nederlandse Gasunie Gastransport services
  • d. Waterschap Rijn en IJssel
  • e. Deventer Bomenstichting

Van de volgende instanties is een reactie ontvangen:

  • a. Provinciale ambtelijke organisatie Overijssel
  • b. VROM inspectie Oost
  • c. Waterschap Rijn en IJssel
  • d. Deventer Bomenstichting
7.4.1 Provinciale ambtelijke organisatie Overijssel

Samenvatting

Via het provinciale vooroverleg, dat eens in de zes weken plaatsvindt tussen de Provinciale ambtelijke organisatie Overijssel en de gemeente Deventer is het voorontwerpbestemmingsplan aan de provincie voorgelegd.

De provincie geeft tijdens het overleg aan dat het vooroverlegbestemmingsplan een provinciaal belang betreft, maar hier in deze vorm niet mee in strijd is.

Beantwoording

Met de instemming van de provincie is voldaan aan het vooroverleg met de betrokken Provinciale Diensten als bedoeld in artikel 3.1.1 Bro.

Conclusie:

De reactie geeft geen aanleiding tot het aanpassen van het bestemmingsplan.

7.4.2 VROM-Inspectie Oost

Samenvatting:

Het bestemmingsplan Loo 2009 geeft de betrokken rijksdiensten geen aanleiding tot het maken van opmerkingen, gelet op de nationale belangen in de Realisatieparagraaf Nationaal Ruimtelijk Beleid.

Beoordeling:

Met de instemming van de VROM-insprectie is voldaan aan het vooroverleg met de betrokken Rijksdiensten als bedoeld in artikel 3.1.1 Bro.

Conclusie:

De reactie geeft geen aanleiding tot het aanpassen van het bestemmingsplan.

7.4.3 Waterschap Rijn en IJssel

Samenvatting

  • a. In het plan wordt het oude waterbeheerplan genoemd, die van 2007-2010, dit moet echter zijn het nieuwe plan van 2010-2015.
  • b. Het is wenselijk en overzichtelijk om in de waterparagraaf gebruik te maken van het schema met relevante waterthema's, de watertoetstabel.
  • c. In paragraaf 5.4.7 van het bestemmingsplan staat het verkeerde Waterschap genoemd. Dit moet zijn het Waterschap Rijn & IJssel.
  • d. Het gemaal wordt juist bestemd in het bestemmingsplan, de persleiding echter niet. Verzocht wordt om dit aan te passen en juist te bestemmen. Ter plaatse van de persleiding dient een dubbelbestemming transportleiding aangegeven te worden. Bij de inspraakreactie is een kaart gevoegd van het tracé van de persleiding.

Beantwoording

  • a. Inderdaad werd in de toelichting nog verwezen naar het oude beleid. In het ontwerpbestemmingsplan zal een samenvatting van het nieuwe beleid worden opgenomen.
  • b. Bestemmingsplan Loo 2009 betreft een actualisatiebestemmingsplan. Afgezien van het herbouwen van een schuur zijn er geen nieuwe ontwikkelingen. Bij het hanteren van de watertoetstabel is uitsluitend de persleiding van het waterschap van belang. Deze persleiding wordt opgenomen als dubbelbestemming. In de toelichting wordt dit opgenomen. Voor het overige achten wij de informatie in de huidige waterparagraaf niet overbodig. Er bestaat dan ook geen aanleiding om deze informatie te verwijderen of aan te passen.
  • c. Inderdaad is per abuis het verkeerde waterschap genoemd. De toelichting zal aangepast worden. Overigens is ook de paragraaf over de Nota Rioleringsbeleid 2007 verwijderd, dit betrof ook beleid van een ander waterschap.
  • d. Voor zover blijkt uit de aangeleverde gegevens van het Waterschap, ligt de persleiding juist buiten het plangebied. Ook de zakelijk recht strook van 1,5 meter aan weerszijde vanaf het hart van de leiding valt nog buiten het plangebied. Om deze reden is het niet nodig om in het plangebied een dubbelbestemming op te nemen ter bescherming van de leiding. In subparagraaf 5.4.6 van de toelichting is een vermelding gemaakt van de persleiding.

Conclusie

De inspraakreactie geeft aanleiding tot het aanpassen van het bestemmingsplan. In de toelichting is het waterbeleid geactualiseerd. In subparagraaf 5.4.6 van de toelichting is een vermelding gemaakt van de persleiding. In subparagraaf 5.4.7 is het juiste waterschap genoemd.

7.4.4 Deventer Bomenstichting

Samenvatting

In het plangebied Loo zijn een aantal beschermwaardige- en monumentale bomen aanwezig. Deze bomen zijn geïnventariseerd door de Deventer Bomenstichting in samenwerking met de cluster Samenleving en Inrichting van de gemeente Deventer. De beschermwaardige en monumentale bomen zouden behoud moeten worden van kap, maar ook voor schadelijke bouw- en aanlegactiviteiten in de directe omgeving van de boom. Verzocht wordt om de dubbelbestemming 'Groeiplaats boom' op te nemen.

Verzocht wordt om de verplichting op te nemen om bij voorgenomen werkzaamheden in de directe omgeving van de boom een Bomen Effect Analyse uit te laten voeren.

Beantwoording

In de inventarisatie is de wijk Loo groter dan het bestemmingsplangebied. Volgens de meest actuele inventarisatie zijn er in het bestemmingsplangebied Loo geen monumentale of beschermenswaardige bomen aanwezig. Buiten dit gebied zijn er wel monumentale of beschermenswaardige bomen aanwezig. Deze liggen binnen het plangebied van het bestemmingsplan Buitengebied.

Het toevoegen van een dubbelbestemming 'Groeiplaats boom' is daarom niet nodig in het plangebied Loo 2009.

Conclusie

De reactie geeft geen aanleiding tot het aanpassen van het bestemmingsplan.