9.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Gemengd - 2' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
-
a. het wonen (w), al dan niet in combinatie met een beroep of bedrijf aan huis conform het gestelde in artikel 27.2;
-
b. dienstverlening (dv);
-
c. kantoren (k);
-
d. maatschappelijke voorzieningen (m), waaronder begrepen voorzieningen ten behoeve van welzijn, gezondheidszorg, religie, onderwijs, openbare diensten, jeugd-/kinderopvang, verenigingsleven en speelvoorzieningen;
-
e. bestaande dienstwoning (dw);
-
f. sport (s), waaronder uitsluitend begrepen een fitnesscentrum, sportschool;
-
g. cultuur en ontspanning (co), waaronder uitsluitend begrepen bowlingbaan, snooker- en biljartcentra, dansschool, musea, muziekschool, sauna;
-
h. horecabedrijven (h3b) die in de van deze planregels deel uitmakende bijlage 3 Staat van Horeca-activiteiten zijn aangeduid als categorie 3b;
-
i. ter plaatse van de aanduiding 'horeca tot en met horecacategorie 2b': horecabedrijven die in de van deze planregels deel uitmakende bijlage 3 Staat van Horeca-activiteiten zijn aangeduid als categorie 2b, 3a, 3b;
-
j. horecabedrijven die in de van deze planregels deel uitmakende bijlage 3 Staat van Horeca-activiteiten zijn aangeduid als categorie 2b, 3a, uitsluitend na toepassing van het bepaalde in artikel 9.4;
-
k. zorgwoningen (w), uitsluitend na toepassing van het bepaalde in artikel 9.4;
en de daarbij behorende
-
l. groenvoorzieningen in de vorm van tuinen, erven, plantsoenen, groenstroken, e.d.;
-
m. verkeersvoorzieningen in de vorm van inritten, (ondergrondse) parkeer- en ontsluitingsvoorzieningen, e.d.
De functies genoemd onder a tot en met h zijn gelijkwaardig naast elkaar toegestaan met inachtneming van het hierna bepaalde:
Ter plaatse van de aanduiding
|
Functies
|
Opmerkingen
|
|
w
|
dv
|
k
|
m
|
dw
|
s
|
h3b
|
co
|
|
specifieke vorm van gemengd - 7
|
-
|
x
|
x
|
x
|
-
|
x
|
x
|
x
|
|
specifieke vorm van gemengd - 8
|
x
|
x
|
x
|
x
|
-
|
x
|
x
|
x
|
Voor de functie (k), (co), dv) en (s) geldt een gezamenlijk b.v.o. van max. 19.000 m². Binnen de aanduiding 'sgd - 8' zijn maximaal 100 woningen (w) toegestaan.
|
specifieke vorm van gemengd - 9
|
-
|
x
|
x
|
x
|
-
|
x
|
x
|
x
|
|
specifieke vorm van gemengd - 10
|
-
|
x
|
x
|
x
|
-
|
x
|
x
|
x
|
|
specifieke vorm van gemengd - 11
|
-
|
x
|
x
|
x
|
x
|
x
|
x
|
x
|
|
x = functie toegestaan
- = functie niet toegestaan.
9.3 Afwijking van de bouwregels
9.3.1 Bevoegdheid
Met een omgevingsvergunning, als bedoeld in artikel 2.1, lid 1 sub c, Wet algemene bepalingen omgevingsrecht kan worden toegestaan dat:
-
a. in afwijking van het bepaalde in artikel 9.2.3 onder a de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, buiten het bouwvlak mag worden verhoogd tot 2 m.
9.3.2 Toepassingsvoorwaarden
Het bepaalde in het vorige lid kan slechts worden toegepast, indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan:
-
a. het straat- en bebouwingsbeeld;
-
b. de woonsituatie;
-
c. de sociale veiligheid;
-
d. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
9.4 Afwijking van de gebruiksregels
9.4.1 Bevoegdheid
Met een omgevingsvergunning, als bedoeld in artikel 2.1, lid 1 sub c, Wet algemene bepalingen omgevingsrecht kan worden toegestaan dat:
-
a. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van gemengd - 8' gronden worden gebruikt ten behoeve van zorgwoningen;
-
b. ter plaatse van de aanduidingen 'specifieke vorm van gemengd - 8, 9, 10 en 11' gronden worden gebruikt voor horecabedrijven die in de van deze planregels deel uitmakende bijlage 3 Staat van Horeca-activiteiten zijn aangeduid als categorie 2b en 3a, met dien verstande dat:
-
1. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van gemengd - 8' de gezamenlijke b.v.o. 300 m² mag bedragen in maximaal 3 vestigingen;
-
2. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van gemengd - 9' de gezamenlijke b.v.o. 100 m² mag bedragen in maximaal 2 vestigingen;
-
3. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van gemengd - 10' en 'specifieke vorm van gemengd - 11' de gezamenlijke b.v.o. 300 m² mag bedragen in maximaal 3 vestigingen.
9.4.2 Toepassingsvoorwaarden
Het bepaalde in het vorige lid kan slechts worden toegepast, indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan:
-
a. het straat- en bebouwingsbeeld;
-
b. de woonsituatie;
-
c. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
-
d. de parkeersituatie.