Plan: | Bedrijvenpark A1, 1e partiële herziening |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0150.D124a-VG01 |
Onder andere ten aanzien van economische ontwikkeling wordt er steeds intensiever samengewerkt in het kader van de regio Stedendriehoek. De regio Stedendriehoek kiest voor een ambitieuze maar tevens realistische visie. In de afgelopen periode zijn diverse onderzoeken verricht naar de behoefte aan bedrijventerreinen en kantoren in de regio Stedendriehoek.
Economisch programmerings en ontwikkelingsdocument (EPO)
Volgens landelijke richtlijnen heeft de regio Stedendriehoek in 2009 haar behoeftenraming naar beneden bijgesteld conform het zogenaamde Transatlantic Market-scenario (TM-scenario); het gemiddelde groeiscenario volgens de algemeen erkende BLM methodiek (bedrijfslocatiemonitor) van het CPB. De bijstelling van de regionale behoeftenraming heeft geresulteerd in afstel en uitstel van het aantal zachte plannen in de regio. De vervangingsvraag en de herstructureringsopgave zijn daarin meegenomen. De nieuwe ramingen en regionale planning van bedrijventerreinen zijn vastgelegd in het economisch programmerings- en ontwikkelingsdocument (EPO) van de regio Stedendriehoek. Dit EPO vervangt daarmee de ramingen uit de 'bedrijventerreinenvisie regio stedendriehoek (2007)' en de 'regionale structuurvisie stedendriehoek 2030 (2007)'. Deze zijn volgens toenmalig landelijk gebruik bepaald op basis van het Global Economy-scenario en de indertijd juist veronderstelde uitgangspunten als een toename van de werkgelegenheid op bedrijventerreinen en een verdere extensivering van het ruimtegebruik.
Ook voor Deventer heeft de bijstelling van de behoeftenraming geresulteerd in een lager vraagbehoefte. De vraagbehoefte gedurende de periode 2009 - 2020 is door de opsteller van het EPO, TwijnstraGudde, vastgesteld op 6,3 hectare per jaar. Dat is een totale behoefte van 73,3 hectare. Daarmee is de haalbaarheid van de ontwikkeling van Bedrijvenpark A1 ter grootte van circa 56 hectare uitgeefbaar terrein, ook na bijstelling van de vraagbehoefte, aangetoond. Er is zelfs nog sprake van een tekort.
Regionale Programmering Bedrijventerreinen (RPB)
Op dit moment wordt het EPO vertaald naar het format Regionale Programmering Bedrijventerreinen (RPB) van de provincie Gelderland. Het EPO is de basis voor het RPB. Met dien verstande dat de behoeftenraming van de gemeente Deventer in het RPB gelijk wordt gesteld aan de ramingen die de provincie Overijssel hanteert. Deze komen overeen met de uitkomsten van de BLM methodiek/TM scenario. In haar brief van 23 februari 2011 aan het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Deventer bevestigen Gedeputeerde staten van Gelderland dat 'het afsprakenkader van de provincie Overijssel en uw gemeente ook voor Gelderland leidend is voor de indicatieve ruimtelijke planningsopgave van bedrijventerrein. Deze opgave zal dan ook onverkort worden betrokken bij het opstellen van het Regionaal Programma Bedrijventerreinen (RPB) voor de regio Stedendriehoek'. (Brief provincie Gelderland van 23 februari 2011) Men conformeert zich aan de 'Prestatieafspraken bedrijventerreinen 2010-2015 gemeente Deventer' tussen de provincie Overijssel en de gemeente getekend op 15 oktober 2010. Hierin zijn afspraken vastgelegd over de planontwikkeling en herstructurering.
De vraagbehoefte voor de gemeente Deventer is overeenkomstig het EPO vastgesteld op 73,3 hectare netto gedurende de periode 2009-2020.
Bedrijventerreinenvisie
In de bedrijventerreinenvisie is de vraagbehoefte opnieuw beoordeeld. Dit maal door het gerenommeerde en ter zake kundige adviesbureau STEC. Om gehoor te geven aan de discussie over de hoogte van de vraagbehoefte is ervoor gekozen de uitkomst van de verschillende methodieken te beschrijven en vervolgens te middelen. Immers de exacte jaarlijkse behoefte aan nieuw bedrijventerrein is zoals blijkt geen hard getal, maar een inschatting op basis van diverse parameters. De jaarlijkse behoefte zal schommelen tussen 2 en 11 hectare. De gemeente Deventer gaat hierbij uit van een gemiddelde jaarlijkse uitgifte van 6,1 hectare. Hierbij wordt rekening gehouden met extra vraag in goede jaren en mindere vraag in economisch slechtere tijden. Door van deze gemiddelde ruimtebehoefte uit te gaan is Deventer voorbereid op toekomstige vraag naar bedrijventerreinen en is een snelle reactie op actuele marktomstandigheden mogelijk.
Tot en met 2020 zijn vraag en aanbod in Deventer nagenoeg in balans. Er is immers een behoefte van circa 73 hectare (12 jaar * 6,1 hectare) en een aanbod van circa 60,5 (zie onderstaande tabel) hectare.
De vraag is dus iets groter dan het aanbod. Na de uitgifte van bedrijvenpark A1 kunnen de bedrijventerreinen in Apeldoorn-Zuid voorzien in de extra regionale vraag. Overigens wordt hier gerekend met de periode 2009 - 2020 omdat de gegevens over vraag en aanbod ook voor deze periode beschikbaar zijn. Daarnaast is het uitgangspunt dat de harde en zachte plannen (A1 en Bathmen) gerealiseerd worden. Wanneer dit niet het geval is bestaat er een tekort aan bedrijventerreinen in Deventer tot 2020.
Vraag-aanbod confrontatie | Netto hectares in 2020 |
Netto behoefte | 73 |
Ruimtewinst door herstructurering | +/- 1 - 2 |
Restruimte op bedrijventerreinen | +/- 2 - 3 |
Totaal vraag Deventer | 68 - 70 |
Huidig aanbod | 7,5 |
A1 + Bathmen (harde plannen) | 53 |
Totaal aanbod | 60,5 |
Saldo | -/- 7,5 - 8,5 |
tabel - vraag-aanbodconfrontatie in netto ha 2009 tot en met 2020 (Bron: Stec Groep, 2010)
Om de gewenste kwaliteit op zowel het nieuw aan te leggen bedrijventerrein aan de A1 als die van de bestaande bedrijventerreinen te waarborgen zijn uitgiftevoorwaarden noodzakelijk. De uitgiftevoorwaarden worden opgesteld in samenwerking met parkmanagement en hebben mede als doel de vervangingsvraag zoveel mogelijk te beperken.
Daarnaast zal behoud van de kwaliteit van de bestaande bedrijventerreinen een continu proces blijven, waarbij allereerst uitvoering gegeven zal worden aan de actiepunten uit de bedrijventerreinenvisie:
Voor de situatie dat de markt voor de kantoren, hotels en congresaccommodatie weer aantrekt, is een wijzigingsbevoegdheid opgenomen om in de noordoosthoek van het Bedrijvenpark A1 dergelijke functies mogelijk te maken.